Welke gevolgen heeft de BTW verhoging?
In het najaar van 2018 zal de verhoging van het lage BTW tarief van 6 procent naar 9 procent aan de orde komen.. Welke producten worden duurder als deze verhoging daadwerkelijk ingevoerd wordt?
De omzetbelasting wordt in rekening gebracht door ondernemers aan de consument met een tarief van 6 procent of 21 procent. Deze belasting verhoogt de prijs van het produkt voor de consument, vandaar de term Bruto Toegevoegde Waarde.
De in rekening gebrachte BTW moet door de ondernemer later aan de belastingdienst worden afgedragen. In feite heft de ondernemer voor de overheid belasting. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Inkomstenbelasting die afhankelijk is van de hoogte van het inkomen en daardoor een bepaalde inkomensgroep treft, raakt de BTW iedere consument.
Op dit ogenblik lopen er twee acties. Een petitie campagne van onder andere een aantal politieke partijen die al meer dan 90.000 handtekeningen heeft opgeleverd Geen BTW-verhoging en de Pluk-me-niet-actie van de bloemisten via het MKB.
Voor consumenten betekent de BTW-verhoging dat heel veel producten, met name eten en drinken 2,8 % duurder worden.
Op 6 juni spreekt VBW, samen met MKB NL, met het Ministerie van Financiën over de BTW, om daarmee nog meer input te geven aan dit probleem.
Goederen belast met 6% en straks met 9%
1. eet- en drinkwaren
2. granen en peulvruchten
3. pootgoed bestemd voor de teelt van groenten en fruit
4. rundvee, schapen, geiten en varkens
5. Geneesmiddelen
6. diergeneesmiddelen
7. verbandmiddelen
8. water
9. kunstvoorwerpen
10. boeken en periodieken
11. invalidenwagentjes en invalidekrukken; sta-opspoelen; hoogslaagbedden
12. kunstledematen, kunstogen, -oren en -nieren; aangezichts-, borst-, neus- en larynxprothesen; chirurgische implanteringsprothesen; hart- en spierstimulatoren; gehoorapparaten, orthopedisch schoeisel
13. meetapparatuur en toebehoren voor de zelf diagnose van de stollingstijd van bloed; medicijn vernevelaars; katheters
14. land- en tuinbouwzaden voor zover dienende voor de teelt van de in deze tabel genoemde producten en oliehoudende zaden
15 rondhout
16. stro en veevoeders
17. vlas
18. wol, ruw en ongewassen
19 sierteeltproducten, te weten: bloembollen, bloemen, planten en boomkwekerij producten
-
1. het geven van gelegenheid tot sportbeoefening en baden;
-
2. het repareren van fietsen;
-
3. het repareren van schoeisel en lederwaren;
-
4. het herstellen en vermaken van kleding en huishoudlinnen;
-
5. de diensten die door kappers als zodanig worden verricht;
-
6. het schilderen en stukadoren van woningen na meer dan twee jaren na het tijdstip van eerste ingebruikneming;
-
7. Het vervoer van personen per schip, besloten busvervoer, openbaar vervoer en taxivervoer
-
8. het geven van gelegenheid tot kamperen
-
9. het verstrekken van logies binnen het hotel-, pension- en vakantiebestedingsbedrijf
-
10. het verstrekken van voedingsmiddelen als bedoeld in post a 1, voor gebruik ter plaatse binnen het kader van het hotel-, café-, restaurant-, pension- en aanverwant bedrijf;
-
11. het verlenen van toegang tot:
-
a. circussen;
-
b. dierentuinen;
-
c. openbare musea of verzamelingen
-
d. muziekuitvoeringen en toneeluitvoeringen
-
e. bioscopen
-
f. sportwedstrijden, sportdemonstraties en dergelijke;
-
g. attractieparken, speel- en siertuinen
-
-
12. de diensten van exploitanten van reizende inrichtingen voor vermaak op kermissen;
-
13. het optreden door uitvoerende kunstenaars;
-
14. het aanbrengen van op energiebesparing gericht isolatiemateriaal aan vloeren, muren en daken
-
15. het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden binnen woningen.
Door Robvellekoop/dlmplus.nl